Voor mantelzorgers

Leven met diabetes: Voeding

Voeding bij diabetes type 1

Mensen met diabetes type 1 spuiten insuline. Om steeds de goede hoeveelheid te spuiten, moeten ze hun bloedsuikergehalte meten. De bloedsuiker verandert door wat je eet en hoeveel je eet. Bijvoorbeeld door de hoeveelheid koolhydraten die je eet, want die worden in je lichaam omgezet in suiker. 

Voeding bij diabetes type 2

Bij diabetes type 2 is het vooral belangrijk om een gezond gewicht te hebben. Bij overgewicht reageert het lichaam minder goed op insuline. Suikers blijven dan te veel in het bloed zitten. Een paar kilo’s minder maken vaak al een groot verschil. Gezond eten en regelmatig bewegen helpen om op gewicht te blijven. 

Voeding bij iedereen met diabetes

Mensen met diabetes die insuline spuiten, dus in ieder geval iedereen met diabetes type 1, moeten vaak tellen hoeveel koolhydraten zij eten. Mensen met diabetes 2 hebben vaak problemen met hart, bloedvaten en bloeddruk. Zij moeten vaak extra op gezonde soorten vet letten en niet te veel vet eten.

Mensen met diabetes type 1 die meerdere keren per dag insuline gebruiken, leren van een verpleegkundige hoe ze hun eten en insuline op elkaar af kunnen stemmen.

Niet alleen de bloedsuikerspiegel wordt bij mensen met diabetes goed in de gaten gehouden, maar ook het cholesterolgehalte. Daarom is het belangrijk om niet te vet te eten, zodat het risico op hart- en vaatziekten zo klein mogelijk blijft.

Gezonde voeding is dus voor iedereen met diabetes van belang. Gezond en tegelijkertijd lekker eten betekent voor iedereen iets anders. Algemene tips zijn:

  • Kies voor volkorenproducten
  • Kies voor magere melkproducten
  • Kies voor mager vlees en eet meer vis
  • Eet veel groenten
  • Eet genoeg fruit
  • Gebruik suiker met mate
  • Let op met vruchtensappen, want daarin zit veel suiker